Boeken
SLACHTHUIS VIJF of DE KINDERKRUISTOCHT een roman van Kurt Vonnegut.
Kurt Vonnegut was in 1945 zelf aanwezig in Dresden toen de geallieerden de stad platbombardeerden. Hij overleefde de aanval doordat hij met zijn medegevangenen schuilde in de koelkelders van het slachthuis waar hij als krijgsgevangene tewerkgesteld was. Hij verwerkte deze traumatische ervaring in de aanvankelijk omstreden maar inmiddels klassiek geworden roman Slachthuis Vijf. Billy Pelgrim, de hoofdpersoon, staat los van de tijd. Hij gaat slapen als stokoude weduwnaar en wordt wakker op de dag van zijn bruiloft. Hij stapt een deur binnen in 1955 en komt in 1941 weer naar buiten. Hij heeft zijn eigen geboorte en dood vele malen gezien, zegt hij, en bezoekt regelmatig alle gebeurtenissen daartussenin. Alleen zo, volkomen losgeraakt van de realiteit, slaagt Billy erin om de verschrikkingen van Dresden te verwerken. Een verbijsterend meesterwerk dat iedereen gelezen moet hebben.(Samenvatting: bol.com)
Opmerking:
Dit boek werd me geadviseerd door Paul Mercken, gepensioneerde filosoof, cultuurhistoricus en recentelijk dichter (78 jaar), afkomstig uit Hasselt. Paul bracht me onlangs een bezoek. Hij was geïnteresseerd in mijn contact met dr. John. B. Knipping met wie ik vroeger, toen ik nog woonachtig was in Amsterdam-Noord, regelmatig omging.
(Samenvatting: bol.com)
In dit boek staat de levensles: God geve me de kalmte om de dingen te aanvaarden waaraan ik niets kan veranderen, de moed om de dingen te veranderen die ik kan veranderen, en de wijsheid om te allen tijde het verschil tussen die beide te zien.
GRIJZE ZIELEN een roman van Philippe Claudel.
Op een ijzige dag in 1917 wordt het gewurgde lichaam gevonden van de mooie tienjarige Belle de jour. Jaren later blikt een politieagent uit het Franse stadje terug op deze nooit opgehelderde moord, die ook zijn eigen leven ingrijpend heeft veranderd. In deze meesterlijk opgebouwde roman vol ingehouden emotie laat Philippe Claudel zien hoe snijdend de pijn om de dood van een geliefde is, en hoe grijs het schemergebied tussen goed en kwaad.
(Samenvatting: bol.com)
Hij ontleedt het menselijk falen met de genadeloze scherpte van Dostojevski, maar laat tegelijkertijd een tedere, melancholieke gloed oplichten die ook kenmerkend is voor het werk van Konrád. Grijze zielen verrast en intrigeert tot de laatste pagina. In 2005 in Frankrijk verfilmd. De film maakte op mij veel indruk en deed geen afbreuk aan het boek. (Samenvatting: bol.com)
MAN ZONDER LAND een roman van Kurt Vonnegut.
Man zonder land is Vonneguts hilarische en messcherpe analyse van het hedendaagse leven. Hij spreekt zich onomwonden uit over president Bush, de oorlog in Irak, de schade die we toebrengen aan het milieu en de toekomst van Amerika. Verder schrijft hij buitengewoon enthousiast over grote families, over muziek en kunst in het algemeen, over Slachthuis Vijf, Mark Twain, Abraham Lincoln en Jezus Christus. Geïllustreerd met tekeningen van de auteur zelf brengt Man zonder land ons Vonneguts commentaar op het leven: soms verontwaardigt, af en toe wanhopig, dan weer teder en met veel humor, maar altijd wijs en altijd zoekend.
Over Kurt Vonnegut:
In de Amerikaanse literatuur neemt Kurt Vonnegut (1922) een bijzondere plaats in. Als docent gaf hij les aan enkele bekende schrijvers zoals John Irving. Vonnegut heeft romans geschreven die uitblinken door een enorme verbeeldingskracht en een satirische stijl.
(Samenvatting: bol.com)
IK BEN NIET BANG van Niccolò Ammaniti
Schitterend verfilmd door Gabriele Salvatores, in 2000 bekroond met de Oscar voor beste buitenlandse film. 'Net toen ik Salvatore bijna had ingehaald hoorde ik mijn zusje schreeuwen. Ik draaide me om en zag haar verdwijnen, kopje onder in het graan dat de heuvel overdekte.'
Het is de heetste zomer van de twintigste eeuw. De setting: een kleine gemeenschap, bestaande uit vijf huizen, omringd door korenvelden. Terwijl de ouderen binnen schuilen tegen de hitte, trekken zes kinderen er op hun fietsen op uit, in de door de zon geteisterde, desolate omgeving. Wanneer ze in een verlaten en onbewoonde boerderij op onderzoek uitgaan, stuit de negenjarige Michele Amitrano op een geheim, een geheim dat zo indrukwekkend en zo verschrikkelijk is dat hij niemand erover durft te vertellen. Om in het reine te komen met zijn ontdekking, moet Michele over morele dilemma's heen stappen en de strijd aangaan met zijn geweten.
In 'Ik ben niet bang' slaagt Niccolò Ammaniti er op verbluffende en meeslepende wijze in zich te verplaatsen in de geest van zijn jeugdige protagonist, een kleine jongen die heen en weer geslingerd wordt tussen onschuld en medeplichtigheid. Het is een schitterende coming of age-roman, en het overtuigende bewijs van Ammaniti's meesterlijke verteltalent.
(Samenvatting: bol.com)
HEMEL EN HEL van Jon Kalman Stefánsson (IJslands grootste hedendaagse auteur).
Op een dag gaan twee vrienden, Bárdur en 'de jongen', de zee op om te vissen. Ze worden overvallen door een storm en Bárdur raakt onderkoeld. De jongen probeert zijn vriend nog te redden, maar moet uiteindelijk machteloos toezien hoe hij sterft.
Een boek heeft tot de dood van Bárdur geleid: hij was zo onder de indruk van Paradise Lost van Milton dat hij vlak voor het vissen op zee nog even naar zijn hut was teruggelopen om een paar mooie regels te lezen. Die wilde hij in de boot aan zijn vriend citeren, maar daardoor vergat hij zijn warme jas mee te nemen. Na de dood van Bárdur gaat de jongen op reis om het boek terug te brengen naar de man die het uitleende.
Hemel en hel vertelt het meeslepende verhaal van iemand die zich na de dood van een vriend geen raad meer weet. Stefánsson maakt indruk door zijn beeldende en poëtische beschrijvingen.
Hemel en hel is een prachtige en aangrijpend mooie roman, met filosofische weerspiegelingen over het leven en het geweld van de natuur.
(Samenvatting: bol.com)
STONER van John Williams
De Amerikaanse schrijver John Williams (1922-1994) was jarenlang schrijfdocent aan de universiteit van Denver. Voor zijn roman Augustus kreeg hij de National Book Award, maar een groot publiek heeft hij nooit bereikt. Hij lijkt wat dat betreft op Richard Yates, wiens werk pas jaren na zijn dood een ware revival beleefde. Met Williams en zijn onlangs vertaalde roman Stoner (uit 1965) zou wel eens hetzelfde kunnen gebeuren. Met een diepe psychologie en een door melancholie getemperd realisme vertelt hij het verhaal van Stoner, zoon van een arme boerenfamilie, die literatuurprofessor wordt. Deze doorstaat een ongelukkig huwelijk, ziet zijn dochter aan de drank gaan, vindt geluk in een onmogelijke relatie met een studente, maar wordt vlak voor zijn pensioen ziek en sterft. Op de universiteit gaat Stoner gebukt onder de intriges van een doortrapte collega, maar hij verliest zijn integriteit niet. Als een ware stoïcijn doorstaat hij alle ellende waardig. Voor zijn omgeving lijkt hij een kleurloze professor, maar voor de lezer wordt Stoner een held die je niet snel meer vergeet!
100 JAAR EENZAAMHEID van Gabriel García Márguez
Honderd jaar eenzaamheid is het meesterwerk van Gabriel García Márquez. Het is het exotische en tragische verhaal van de talrijke generaties Buendía's, die Macondo op het moeras veroverd hebben, ruim een eeuw voordat deze stad haar apocalyptische einde vindt. Daarnaast is het een witboek van wat zich op het Zuid-Amerikaanse continent heeft afgespeeld: natuurrampen, exploitatie en meedogenloze oorlogen bepalen de geschiedenis van het geslacht Buendía, waarvan de stichter José Arcadio een alles beproevende amateur-alchemist is, die onder andere bewijst dat de wereld rond is, een zinvolle, zij het late ontdekking.
VAN HET WESTELIJK FRONT GEEN NIEUWS van Erich Maria Lemarque
Eind 1928 voltooide Erich Maria Remarque zijn 'Im Westen nichts Neues'. Reeds op 18 april van het volgende jaar verscheen bij uitgeverij Erven J. Bijleveld de eerste vertaalde editie ter wereld van deze fameuze anti-oorlogsroman. Alleen al van de Nederlandse uitgave werden er in de eerste jaren na verschijnen meer dan honderdduizend verkocht, tot de bezetter het boek in 1940 in beslag nam.
Van het westelijk front geen nieuws is sedert de eerste dag van verschijnen niet alleen een literair monument geweest, maar een politiek en cultureel feit van grote betekenis. Door de sobere en pregnante beschrijving van de oorlogswaanzin werd het werk ogenblikkelijk en blijvend herkend als een der belangrijkste en indrukwekkendste boeken van de moderne tijd.
Nog altijd is dit meesterwerk van de moderne romankunst een manifest van wat literatuur vermag: zelden is de menselijke werkelijkheid en het menselijke levenslot verwoord in zo een beslissende leeservaring.
VASLAV van Arthur Japin
Romancier Arthur Japin (1956) heeft wereldwijd succes. In 'Vaslav' beschrijft hij de ondergangsdag in 1919 van de legendarische balletdanser Vaslav Nijinsky (1890-1950). Vanuit drie vertellende personages wordt die ene dag beschreven, met tal van flashbacks en sprongen in de tijd. Japin kan vertellen: hij stuwt de lezer bijna 400 pagina's voort naar het fatale einde. De thematiek van deze historische liefdesroman is rijk en veelzijdig. Een wervelende historische roman over passie, roem, oorlog en nietsontziende liefde.
Op het hoogtepunt van zijn roem richt de wereldberoemde balletdanser Vaslav Nijinski zich midden in een optreden tot zijn publiek. 'Nu is het kleine paardje moe,' zegt hij en loopt het toneel af. De rest van zijn leven, nog 31 jaren, brengt hij door zonder te spreken en zonder ooit nog te dansen. In het mondaine skioord Sankt Moritz reconstrueren drie ooggetuigen de gebeurtenissen rond deze noodlottige dag, 19 januari 1919, ieder vanuit zijn of haar eigen optiek: zijn echtgenote Romola, die als een tijgerin heeft gevochten om deze 'God van de dans' te veroveren, zijn afgewezen minnaar, de legendarische Sergej Diaghilev, oprichter van de Ballets Russes, die alles in het werk heeft gesteld omhem te vernietigen, en zijn bediende, die uit de dramatische beslissing van zijn meester moed put om ook zijn eigen leven radicaal om te gooien. Te midden van de puinhopen van de Eerste Wereldoorlog hoopte Nijinski de mensheid te kunnen bekeren tot de liefde. Als hij merkt dat hij niet gehoord wordt, zelfs niet door hen die van hem houden, sluit hij zich voorgoed van de wereld af. Is dat een daad van waanzin of van wijsheid.
HET RAADSEL SPINOZA van Irvin D. Yalom
Wie was Spinoza? Wie was deze moedige zeventiende-eeuwse figuur, deze geniale filosoof die met zijn geschriften de wereld veranderde, maar op zijn 25ste in de ban werd gedaan door de hele joodse gemeenschap van Amsterdam, inclusief zijn eigen familie? Hoe zag zijn innerlijk leven eruit? En: wat was twee eeuwen later precies de fascinatie van de nazi’s met Spinoza? Waarom roofden ze zijn bibliotheek leeg, maar verbrandden ze zijn boeken niet? Deze vragen hielden de psychiater en romancier Irvin D. Yalom een half leven bezig. In zijn briljante nieuwe roman, Het raadsel Spinoza, maakt hij niet alleen de filosoof tot mens, maar onthult hij ook de ware toedracht rond het ‘Spinozaprobleem’ van de nazi’s.
(Samenvatting: bol.com)
Een van de meest intrigerende boeken die ik las.
Een paar passages daaruit:
Spinoza: Je moet alleen aan dit moment denken en geen energie verspillen aan dingen waar je geen invloed op hebt. Je hebt geen invloed op het verleden. Je bent bang omdat je je die gebeurtenis uit het verleden voorstelt al iets wat nu plaatsvindt. Jouw geest schept dat beeld. Je geest schept je gevoelens over het beeld. Je moet je alleen richten op het beheersen van je geest.
Epicurus: De toestand van niet-zijn na de dood is identiek aan de toestand van niet-zijn voor de geboorte. We zijn weliswaar bang voor de dood, maar we voelen die vrees niet, als we terugdenken aan die eerdere, identieke toestand. Daarom hebben we ook geen reden om de dood te vrezen.
Spinoza: De rede is niet opgewassen tegen de hartstocht, en daarom moeten wij de rede tot hartstocht maken.
IN HET HUIS VAN DE DICHTER van Jan Brokken
Youri Egorov gold als de dichter onder de Russische meesterpianisten. Op tweeëntwintigjarige leeftijd ontvluchtte hij de Sovjet-Unie en vestigde zich in Amsterdam. Vijf jaar later leerde Jan Brokken hem kennen. In het huis van de dichter is het meeslepende verslag van hun vriendschap. Het is tegelijkertijd het onthullende portret van een naar vrijheid hunkerende kunstenaar, van een door angsten verteerde musicus die de ondergang tegemoet snelt en van het uitzinnige Amsterdam uit de jaren tachtig, dat in een dodenstad verandert als de aids-epidemie uitbreekt. In zijn zoeken naar zuiverheid, zijn hartstocht en roekeloosheid maar ook in zijn intense bescheidenheid en alles relativerende humor doet Youri Egorov niet onder voor die andere vermaarde Youri: dokter Zjivago.
Op feiten gebaseerde roman waarin de oud-journalist Jan Brokken zijn vriendschap beschrijft met de jonge Russische pianist Youri Egorov (1954-1988). Egorov ontvluchtte zijn vaderland in 1976 en ging in Amsterdam wonen, waar hij met volle teugen van het leven genoot: veel drugs, drank, mannen (hij was homoseksueel) en vooral heel veel muziek. Hij vertrouwde zijn vriend Jan Brokken eens toe dat hij wist dat hij jong ging sterven. Daarom wilde hij intens leven. In de roman wordt niet alleen de hechte vriendschap tussen de beide mannen beschreven (muziek en literatuur bond hen), maar ook de vlucht van Egorov, zijn wervelende levensstijl in Amsterdam, zijn optredens overal in de wereld, en de vroege dood aan aids. Brieven en dagboeknotities van Egorov illustreren bepaalde delen van het boek, en ook het culturele en hoofdstedelijke leven in de jaren tachtig komt in het boek prominent naar voren. Het is alsof je als lezer in Amsterdam rondloopt. Een prachtig boek over muziek.
MIJN KLEINE WAANZIN van Jan Brokken
In Mijn kleine waanzin beschrijft Jan Brokken aan de hand van persoonlijke lotgevallen een halve eeuw Hollandse geschiedenis. Het is het verhaal van een jeugd, van verwondering, liefde en de eerste aarzelende passen naar rebellie, van een dorp op de Zuid-Hollandse eilanden dat haar landelijke pracht verliest door de expansiedrift van de nabije havenstad.
Brokken put bij het schrijven van zijn romans nogal eens uit zijn eigen verleden, zoals in zijn belangrijke roman 'De blinde passagiers' (1995). In dit boek keert hij terug naar zijn jeugd en doet daarvan verslag. Zijn jeugdherinneringen plaatst hij tegen de achtergrond van belangrijke gebeurtenissen en maatschappelijke ontwikkelingen in het Nederland van de tweede helft van de 20ste eeuw: de watersnood, de ontzuiling en ontkerstening, de dekolonisatie, de studentenrevolte van de jaren zestig en de invloed van het maoïstische en marxistische gedachtegoed op de jonge intellectuelen van destijds. Geen verheerlijking van het verleden, wel een zakelijke en soms mild-kritische toon. Zeer herkenbaar beschrijft Brokken de godsdienstige verhoudingen in Rhoon, waar zijn vader predikant was, de spanningen tussen de verschillende sociale klassen, en de maatschappelijke veranderingen die plaats vonden onder invloed van de Rotterdamse expansiedrift. Deze autobiografische roman, met een ontroerend portret van zijn vader, is vooral een zoektocht geworden naar de drijfveren van mensen.
(Samenvatting: bol.com)
Een paar citaten: 'Het hoofd van de rector had het vierkante
van een principe, de huid van zijn wangen het doorschijnende van de
dundrukblaadjes uit de bijbel' of ‘Dat
hij, de rebel, de anarchist, de sarcast, nooit een verjaardag van zijn vader
oversloeg, behoorde tot de ongerijmdheden van zijn hybridische persoonlijkheid’
en tenslotte ‘Zonder enige onzekerheid in haar stem vroeg ze of we voortaan bij
elkaar hoorden. Na mijn knikje keek ze me lang aan, alsof ze naar dat ene
kleine puntje in mijn pupillen zocht dat oneerlijkheid verraadde. Toen plooide
ze haar lippen, waardoor ik tegelijk met haar mond een glimlach zoende’.
DE UNIVERSITEIT VAN HET LEVEN van Rob Riemen
De universiteit van het leven, is de vijfenzestigste aflevering van het essayistische tijdschrift in boekvorm Nexus. Rob Riemen, die in 1991 het tijdschrift Nexus heeft opgericht en sinds 1994 oprichter-directeur van het Nexus Instituut is, sprak met negentien vrienden in Europa, Amerika en het Midden-Oosten die allemaal de vijfenzestig gepasseerd zijn. Het zijn uitgevers, musici, schrijvers, filosofen, wetenschappers en een vakbondsman; mensen met een intellectuele, politieke of artistieke passie, die met hun uitzonderlijke talenten faam hebben verworven. Zij hebben een lange en uitzonderlijke levensreis achter de rug en zijn bij uitstek in staat antwoord te geven op de belangrijke vraag die in elk gesprek centraal stond: wat heeft het leven je geleerd? De Griekse filosoof Socrates vroeg eens: 'Als je alle boeken hebt gelezen, maar je kent jezelf niet, wat weet je dan?' Welk soort kennis hebben de negentien levensreizigers onderweg opgedaan? Wat geven zij aan inzicht en ervaring door aan ons, de lezers, die in zekere zin allemaal hun erfgenamen zijn? De levensverhalen, zo verscheiden van kleur en toon, zijn een onvergetelijk zelfportret, vol melancholie, humor, verontwaardiging, bemoediging en troost. Een unieke groep mensen laat ons delen in de wijsheid die zij hebben opgedaan aan de: 'de universiteit van het leven'
Aan het woord o.a. dirigent Bernard Haitink.
(Samenvatting: bol.com)